de zet

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[zɛt]
Verbuigingen:	zetten (meerv.)

1) het duwen

Voorbeeld:	`iemand een zetje geven`
Synoniem:	duw

2) keer dat je een schaakstuk of een damsteen verplaatst

Voorbeelden:	`Je bent aan zet.`, `tegenzet`
een slimme zet	(een handige manier van doen)
aan zet zijn	(aan de beurt zijn om iets te doen) `De rebellen willen onderhandelen; de regering is nu aan zet.`

beurt   crapaud   daad   duw   duwtje   geestigheid   gestoelte   por   schaakstukverplaatsing   schaakzet   sto   stoot   stootje   troon   zitplaats   

• strijk en zet (=altijd weer opnieuw)
• ongenode gasten zet men achter de deur (=wie niet welkom is, laat men niet binnen of laat men zo lang mogelijk wachten)
• met de sok op de kop gezet (=er onbewust door toedoen van anderen voor joker bijlopen)
• dat zet geen zoden aan de dijk (=dat is geen bijdrage van serieuze betekenis)
Naar de spreekwoorden

• aars, achterste - Voorbeeld: De hond zette zich op zijn zet, te kijken
• •een beweging waarbij iets verplaatst wordt. •een handeling gedurende een spelbeurt.
• met de hand opzij verplaatsen vb: als je die paal een zet geeft, valt hij zo om iemand een zetje in de goede richting geven [hem helpen]
• (duw) Een zet (duw) geven is iemand omverduwen. [basiswoordenlijst groep 6]
• 1) Een strategische beweging 2) Daad 3) Stootje 4) Duwtje 5) Stoot 6) Sprong 7) Handeling 8) Schaakhandeling 9) Schaakbeurt 10) Deel van een damwedstrijd 11) Slimme streek 12) Slag 13) Geestigheid 14) Term in het schaakspel 15) Een schaakbeweging 16) Por 17) Duw 18) Gestoelte 19) Bordspel 20) Actie om iets te...

Toon uitgebreidere definities

• zèta• zetangel• zètavariant• zetbaas• zetbank• zetboer• zetbok• zetboord• zetcomputer• zetduivel• zetdwang• zetel• zetelaantal• zetelen• zetelmeerderheid• zetelplaats• zetelroof• zeteltal• zetelverdeling• zetelverlies
• Toon alle woorden die beginnen met zet

• aanzet• afzet• bezet• drukbezet• gezet• inzet• nauwgezet• omzet• onderbezet• ontzet• openingszet• opzet• rozet• uitzet• verzet• voorzet• volzet• vleesaanzet• tussenzet• terzet
• Toon alle woorden die eindigen op zet

zet

Is het 'de zet' of 'het zet'?

Het is 'de zet', want zet is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die zet'.

Wat is het meervoud van zet?

Het meervoud van zet is 'zetten'. Eén zet, twee zetten.

Wat betekent zet?

'het duwen' en 'keer dat je een schaakstuk of een damsteen verplaatst'

Hoe spel je zet?

zet spel je Z E T

Wat is een ander woord voor zet?

Andere woorden voor zet zijn beurt, crapaud, daad, duw, duwtje, geestigheid, gestoelte, por, schaakstukverplaatsing, schaakzet, sto, stoot, stootje, troon en zitplaats.

Zoek zet op Woordenlijst.org
Zoek zet op Google
Zoek zet op Wikipedia