weiden

werkw.

Uitspraak:	['wɛidə(n)]
Afbreekpatroon:	wei·den
Vervoegingen:	weidde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft geweid (volt.deelw.)

(vee) laten grazen

Voorbeeld:

`je koeien overdag weiden en 's avonds naar de stal brengen`

afgrazen   graseten   grazen   hoeden   weilanden   

• [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Weiden``] Met gras bedekte landen; zij worden onderscheiden in drooge, natte en moerassige weiden. Drooge W. leveren goede fourrage voor paarden op en zoo zij met kort gras bedekt zijn, goede zoden voor bekleedingen; zij zijn goed geschikt voor troepenbewegingen; natte e...
• [Vergeten woorden] (zw. -de) jagen [= Noors weide, IJslands veiða, van weide jacht(gebied)]
• woord uit 1812, uitleg bij teksten van E.J. Potgieter (1808 - 1875) rondgaan.
• 1) Weilanden 2) Plaats in Duitsland 3) Afgrazen 4) Laten grazen 5) Hoeden 6) Graseten 7) Grazen 8) Landouwen 9) Peisteven 10) Landerijen 11) Rondgaan 12) Peisteren
• doen grazen

Toon uitgebreidere definities

• uitweiden

weiden (doen grazen)

Schrijf je weiden (= (laten) grazen) met ei of ij? Zie weiden / wijden

Wat is de verleden tijd van weiden?

De verleden tijd van weiden is 'weidde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geweid'.

Wat betekent weiden?

'(vee) laten grazen'

Hoe spel je weiden?

weiden spel je W E I D E N

Wat is een ander woord voor weiden?

Andere woorden voor weiden zijn afgrazen, graseten, grazen, hoeden en weilanden.

Zoek weiden op Woordenlijst.org
Zoek weiden op Google
Zoek weiden op Wikipedia