wegleggen

werkw.
Uitspraak:  ['wɛxlɛxə(n)]
Afbreekpatroon:  weg·leg·gen
Vervoegingen:  legde weg (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft weggelegd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

op een andere plaats leggen
Voorbeeld:  `Toen er aangebeld werd, legde ze snel het boek weg.`
niet weggelegd zijn voor  (niet mogelijk zijn voor (iemand)) `Tweemaal per jaar op vakantie gaan is niet voor iedereen weggelegd.`


Synoniemen
deponeren   leggen   neerleggen   plaatsen   

2 definities op Encyclo
  • bewaren en niet uitgeven vb: wij leggen elke maand geld weg voor een nieuwe auto dat is niet weggelegd voor hem [niet bereikbaar]
  • 1) Sparen 2) Neerleggen 3) Verstoppen 4) Deponeren 5) Plaatsen 6) Opbergen
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
wegleggen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van wegleggen?
De verleden tijd van wegleggen is 'legde weg'. Het voltooid deelwoord is 'heeft weggelegd'.
Wat betekent wegleggen?
'op een andere plaats leggen'
Hoe spel je wegleggen?
wegleggen spel je W E G L E G G E N
Wat is een ander woord voor wegleggen?
Andere woorden voor wegleggen zijn deponeren, leggen, neerleggen en plaatsen.

Op andere websites
Zoek wegleggen op Woordenlijst.org
Zoek wegleggen op Google
Zoek wegleggen op Wikipedia