de voordeur

zelfst.naamw. (m./v.)
Uitspraak:  ['vordɵ:r]
Afbreekpatroon:  voor·deur
Verbuigingen:  voordeuren (meerv.)

deur waardoor je een huis binnen gaat, gewoonlijk aan de straatkant
Voorbeeld:  `Er staat iemand aan de voordeur.`
Antoniem:  achterdeur


Spreekwoorden en zegswijzen
• een nieuwe voordeur krijgen (=gezegd bij het bereiken van een tiende levensjaar, dus 10, 20, 30 etc.)
Naar de spreekwoorden

6 definities op Encyclo
  • •de hoofddeur aan de voorzijde van een woning.
  • hoofdingang, meestal aan de voorkant van het huis vb: het bezoek mocht door de voordeur naar binnen
  • 1) Vooringang 2) Toegang 3) Vooruitgang 4) Huisdeur 5) Hoofdingang 6) Deel van een gebouw 7) Deel van een huis 8) Deur aan de voorkant 9) Deur naar buiten 10) Buitendeur 11) Toegang tot een huis
  • De voordeur is de deur in de hoofdingang van een pand. Bij een huis in de rij is dit vrijwel altijd de enige ingang in de rooilijn, en die zit dan dus in de voorgevel. Bij heel brede huizen heeft de voorgevel soms méér dan één ingang, alleen de belangrijkste (en dus rijks...
  • hoofddeur van een huis: een mooi afgewerkte entree is het eerste dat opvalt bij binnengaan van een woning. Lees hoe je de deur een mooi aanzien geeft in het artikel Schilderen - beitsen of lakken van deuren.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met voordeur:
voordeurdeler

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de voordeur' of 'het voordeur'?
Het is 'de voordeur', want voordeur is mannelijk en vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die voordeur'.
Wat is het meervoud van voordeur?
Het meervoud van voordeur is 'voordeuren'. Eén voordeur, twee voordeuren.
Wat betekent voordeur?
'deur waardoor je een huis binnen gaat, gewoonlijk aan de straatkant'
Hoe spel je voordeur?
voordeur spel je V O O R D E U R

Op andere websites
Zoek voordeur op Woordenlijst.org
Zoek voordeur op Google
Zoek voordeur op Wikipedia