de vetpot

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	['vɛtpɔt]
Afbreekpatroon:	vet·pot

Het is geen vetpot.

(het levert weinig verdiensten op)

• alle dagen geen vetpot zijn (=er is armoede)
Naar de spreekwoorden

• bakje waaruit olie aan bewegende delen wordt toegevoegd vb: de vetpot moet bijgevuld worden het is daar geen vetpot [ze hebben weinig geld en eten] het is een echte vetpot [ze is erg vies, slordig]
• 1) Feestelijke verlichting 2) Overvloed 3) Overvloedig maal 4) Overvloedige maaltijd 5) Smeerbus 6) Overvloed van spijzen 7) Overvloedige opdissing
• 1> met vet gevulde houder, waarmee door het indraaien van een spindel, vet in een lager geperst kan worden. Ook wel drukvetpot, druksmeerpot of vetkanon genoemd. [ Afbeelding ] De term druksmeerpot werd tot nu (2011) toe alleen in P. Versnel's Vakwoordenboek aangetroffen. 2> met vet gevulde houder, waarmee do...
• Spreekwoorden: (1914) Vetpot, d.i. feest, smulpartij, overvloed, volop; t' is daar bottertje boven (V.d. Water, 63), vooral in de zegswijze het is alle dagen geen vetpot, elken dag kan men niet smullen; vgl. lat. non semper Saturnalia erunt; in de 16<sup>de<-sup> eeuw: t en is altoes ghien Mey-ave...

Toon uitgebreidere definities

vetpot

Is het 'de vetpot' of 'het vetpot'?

Het is 'de vetpot', want vetpot is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die vetpot'.

Hoe spel je vetpot?

vetpot spel je V E T P O T

Zoek vetpot op Woordenlijst.org
Zoek vetpot op Google
Zoek vetpot op Wikipedia