vermanen

werkw.

Uitspraak:	[vərˈmanə(n)]
Afbreekpatroon:	ver·ma·nen
Vervoegingen:	vermaande (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft vermaand (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

iemand streng zeggen dat hij of zij iets anders en beter moet doen

Voorbeeld:	`de drukke kinderen vermanend toespreken`
Synoniem:	berispen

aansporen   berispen   manen   terechtwijzen   waarschuwen   

• nadrukkelijk en bestraffend toespreken vb: vader sprak zijn kinderen vermanend toe toen ze ondeugend waren
• 1) Manen 2) Terechtwijzen 3) Admoneren 4) Ernstig waarschuwen 5) Waarschuwen 6) Preken 7) Bekritiseren 8) Berispen 9) Moneren 10) Iemand de les lezen 11) Spellen 12) Aansporen
• Het aanspreken van iemand om duidelijk te maken dat bepaald vertoond gedrag wordt afgekeurd.
• waarschuwen, aansporen

Toon uitgebreidere definities

• vermanend

Wat is de verleden tijd van vermanen?

De verleden tijd van vermanen is 'vermaande'. Het voltooid deelwoord is 'heeft vermaand'.

Wat betekent vermanen?

'iemand streng zeggen dat hij of zij iets anders en beter moet doen'

Hoe spel je vermanen?

vermanen spel je V E R M A N E N

Wat is een ander woord voor vermanen?

Andere woorden voor vermanen zijn aansporen, berispen, manen, terechtwijzen en waarschuwen.

Zoek vermanen op Woordenlijst.org
Zoek vermanen op Google
Zoek vermanen op Wikipedia