verluiden

werkw.
Uitspraak:  [vər'lœydə(n)]
Afbreekpatroon:  ver·lui·den
Vervoegingen:  verluidde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft verluid (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

horen verluiden  (vagelijk vernemen) `Ik heb horen verluiden dat je gaat trouwen, klopt dat?`
naar verluidt  (volgens horen zeggen) `Naar verluidt wordt hij de nieuwe directeur.`


2 definities op Encyclo
  • 1) Berichten 2) Uitluiden
  • verteld worden, gezegd worden
Toon uitgebreidere definities

Taaladvies
Wat is de juiste schrijfwijze: naar verluidt of naar verluid? Zie Naar verluid / naar verluidt

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van verluiden?
De verleden tijd van verluiden is 'verluidde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft verluid'.
Hoe spel je verluiden?
verluiden spel je V E R L U I D E N

Op andere websites
Zoek verluiden op Woordenlijst.org
Zoek verluiden op Google
Zoek verluiden op Wikipedia