I vastgrijpen

werkw.

Verbuigingen:	greep vast
Verbuigingen:	vastgegrepen

iets stevig in de handen pakken

II vastgrijpen

werkw.

Verbuigingen:	greep vast zich
Verbuigingen:	heeft zich vastgegrepen

''zich vastgrijpen aan'': zich verankeren door iets stevig beet te pakken

Bron: WikiWoordenboek.

aangrijpen   aanpakken   beetgrijpen   beetnemen   beetpakken   bemachtigen   grijpen   vastnemen   vastpakken   vatten   

• 1) Stekken 2) Beetnemen 3) Beetpakken 4) Bemachtigen 5) Hechten 6) Steken 7) Beetgrijpen 8) Stevig beetpakken 9) Grijpen 10) Nemen 11) Borduren 12) Pakken 13) Vangen 14) Vastnemen 15) Klampen 16) Aanpakken 17) Vastpakken 18) Aangrijpen 19) Prikken 20) Vatten
• Vastgrijpen is vastpakken. [basiswoordenlijst groep 4]

Toon uitgebreidere definities

Wat is het juiste meervoud van handvat: handvaten of handvatten? Zie Handvatten / handvaten

Wat betekent vastgrijpen?

'iets stevig in de handen pakken'

Hoe spel je vastgrijpen?

vastgrijpen spel je V A S T G R I J P E N

Wat is een ander woord voor vastgrijpen?

Andere woorden voor vastgrijpen zijn aangrijpen, aanpakken, beetgrijpen, beetnemen, beetpakken, bemachtigen, grijpen, vastnemen, vastpakken en vatten.

Zoek vastgrijpen op Woordenlijst.org
Zoek vastgrijpen op Google
Zoek vastgrijpen op Wikipedia