uitzaaien

werkw.
Uitspraak:  ['œytsajə(n)]
Afbreekpatroon:  uit·zaai·en
Vervoegingen:  zaaide uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft, is uitgezaaid (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

zich door het lichaam verspreiden (van ziektekiemen of kwaadaardige weefselcellen) medisch
Voorbeeld:  `Een tumor in de darm zaait in veel gevallen uit naar de lever.`


Synoniemen
dissemineren   rondstrooien   uitstrooien   uitzenden   verbreiden   verbreider   verdeler   verspreiden   zaaien   

1 definitie op Encyclo
  • 1) Verbreider 2) Rondstrooien 3) Verspreiden 4) Verbreiden 5) Verdeler 6) Uitzenden 7) Uitstrooien 8) Dissemineren
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
uitzaaien

Taaladvies
  1. Wat is juist: De kankercellen zijn niet uitgezaaid of De kankercellen hebben zich niet uitgezaaid? Zie Uitzaaien / zich uitzaaien
  2. Schrijf je dit woord met een trema, of niet, uitzaaien of uitzaaiën? Zie uitzaaien / uitzaaiën


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van uitzaaien?
De verleden tijd van uitzaaien is 'zaaide uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft, is uitgezaaid'.
Wat betekent uitzaaien?
'zich door het lichaam verspreiden (van ziektekiemen of kwaadaardige weefselcellen)'
Hoe spel je uitzaaien?
uitzaaien spel je U I T Z A A I E N
Wat is een ander woord voor uitzaaien?
Andere woorden voor uitzaaien zijn dissemineren, rondstrooien, uitstrooien, uitzenden, verbreiden, verbreider, verdeler, verspreiden en zaaien.

Op andere websites
Zoek uitzaaien op Woordenlijst.org
Zoek uitzaaien op Google
Zoek uitzaaien op Wikipedia