uitschenken

werkw.
Uitspraak:  [œytsxɛnkə(n)]
Afbreekpatroon:  uit·schen·ken
Vervoegingen:  schonk uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft uitgeschonken (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (vloeistof) in iets schenken
Voorbeeld:  `bier uitschenken in een glas`
Antoniem:  inschenken

2) schenkend leegmaken
Voorbeeld:  `Schenk de fles maar uit in onze glazen.`
Synoniem:  leegschenken


Synoniemen
schenken   

2 definities op Encyclo
  • 1) Verschenken 2) Leegschenken 3) Wegschenken 4) Gieten
  • Iets vloeibaars, een vloeistof of iets anders in losse deeltjes uiteen doen vloeien of vallen
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van uitschenken?
De verleden tijd van uitschenken is 'schonk uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft uitgeschonken'.
Wat betekent uitschenken?
'(vloeistof) in iets schenken' en 'schenkend leegmaken'
Hoe spel je uitschenken?
uitschenken spel je U I T S C H E N K E N
Wat is een ander woord voor uitschenken?
Een ander woord uitschenken is schenken.

Op andere websites
Zoek uitschenken op Woordenlijst.org
Zoek uitschenken op Google
Zoek uitschenken op Wikipedia