uitrichten

werkw.
Uitspraak:  ['œytrɪxtə(n)]
Afbreekpatroon:  uit·rich·ten
Vervoegingen:  richtte uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft uitgericht (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

handelen op een manier die resultaat heeft
Voorbeeld:  `De kustwacht kan weinig uitrichten tegen de goed georganiseerde smokkelbendes.`


Synoniemen
bewerken   doen   handelen   uitvoeren   verrichten   

2 definities op Encyclo
  • iets doen wat resultaat heeft vb: de dokter kon niets meer uitrichten voor de patiënt
  • 1) Ten uitvoer brengen 2) Uithalen 3) Verrichten 4) Handelen 5) Tot stand brengen 6) Uitvoeren 7) Bedrijven 8) Bewerken 9) Doen
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
uitrichten

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van uitrichten?
De verleden tijd van uitrichten is 'richtte uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft uitgericht'.
Wat betekent uitrichten?
'handelen op een manier die resultaat heeft'
Hoe spel je uitrichten?
uitrichten spel je U I T R I C H T E N
Wat is een ander woord voor uitrichten?
Andere woorden voor uitrichten zijn bewerken, doen, handelen, uitvoeren en verrichten.

Op andere websites
Zoek uitrichten op Woordenlijst.org
Zoek uitrichten op Google
Zoek uitrichten op Wikipedia