zich uitdossen

reflexief werkw.
Uitspraak:  [ˈœydɔsə(n)]
Afbreekpatroon:  uit·dos·sen
Vervoegingen:  doste zich uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft zich uitgedost (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

jezelf opvallend kleden
Voorbeeld:  `Wat heb jij je uitgedost met al die kettingen en ringen!`


Synoniemen
aankleden   opdirken   opdoffen   optutten   

4 definities op Encyclo
  • (Amsterdams) netjes aankleden
  • •iemand op opvallende wijze kleden. (+audio)
  • je feestelijk en opvallend kleden vb: zij heeft zich prachtig uitgedost voor het feest
  • 1) Opdoffen 2) Opdirken 3) Uitmonsteren 4) Opkleden 5) Opschikken 6) Opsieren 7) Opsmukken 8) Feestelijk kleden 9) Optutten 10) Verkleden 11) Aankleden 12) Mooi aankleden
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
uitdossen (opschikken, bijzonder kleden)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van uitdossen?
De verleden tijd van uitdossen is 'doste zich uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft zich uitgedost'.
Wat betekent uitdossen?
'jezelf opvallend kleden'
Hoe spel je uitdossen?
uitdossen spel je U I T D O S S E N
Wat is een ander woord voor uitdossen?
Andere woorden voor uitdossen zijn aankleden, opdirken, opdoffen en optutten.

Op andere websites
Zoek uitdossen op Woordenlijst.org
Zoek uitdossen op Google
Zoek uitdossen op Wikipedia