uitdelen

werkw.
Uitspraak:  ['œydelə(n)]
Afbreekpatroon:  uit·de·len
Vervoegingen:  deelde uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft uitgedeeld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

aan verschillende mensen geven
Voorbeelden:  `formulieren uitdelen aan de cursisten`,
`De gemeente deelt gratis strooizout uit als het vriest.`
klappen/tikken uitdelen  (iemand slaan)


Synoniemen
bedelen   distribueren   ronddelen   rondgeven   rondreiken   trakteren   uitreiken   verdelen   

Spreekwoorden en zegswijzen
• de lakens uitdelen (=het voor het zeggen hebben, de baas spelen)
Naar de spreekwoorden

3 definities op Encyclo
  • •meerdere personen ergens op trakteren.
  • iedereen er wat van geven vb: de directeur deelde de prijzen uit Synoniemen: distribueren ronddelen
  • 1) Verspreiden 2) In hoeveelheden verstrekken 3) Geven 4) Verdelen 5) Trakteren 6) Uitreiken 7) Ronddelen 8) Weggeven 9) Rondgeven 10) Rondreiken 11) Distribueren 12) Uitgeven 13) Vergeven
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
uitdelen

Taaladvies
  1. Waar komt de uitdrukking de lakens uitdelen vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Zie De lakens uitdelen
  2. Waar komt het spreekwoord `Vele (of: veel) varkens maken de spoeling dun` vandaan en wat betekent het? Zie Vele varkens maken de spoeling dun


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van uitdelen?
De verleden tijd van uitdelen is 'deelde uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft uitgedeeld'.
Wat betekent uitdelen?
'aan verschillende mensen geven'
Hoe spel je uitdelen?
uitdelen spel je U I T D E L E N
Wat is een ander woord voor uitdelen?
Andere woorden voor uitdelen zijn bedelen, distribueren, ronddelen, rondgeven, rondreiken, trakteren, uitreiken en verdelen.

Op andere websites
Zoek uitdelen op Woordenlijst.org
Zoek uitdelen op Google
Zoek uitdelen op Wikipedia