uitdagen

werkw.
Uitspraak:  ['œydaxə(n)]
Afbreekpatroon:  uit·da·gen
Vervoegingen:  daagde uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft uitgedaagd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) proberen iemand iets te laten doen of kunnen wat hij of zij nu nog niet doet of kan
Voorbeelden:  `het bedrijfsleven uitdagen tot meer onderzoek`,
`slimme kleuters uitdagen`

2) proberen iemand te laten reageren
Voorbeelden:  `Hij zat me steeds uit te dagen en uiteindelijk werd ik toch kwaad.`,
`sexy vrouwen die mannen uitdagen`
Synoniem:  provoceren


Synoniemen
aanleiding geven tot   jennen   ophitsen   oproepen   pesten   plagen   provoceren   sarren   stangen   tarten   tergen   treiteren   uitlokken   zieken   

4 definities op Encyclo
  • iets doen of zeggen om een reactie uit te lokken vb: zij gooide mij nat om me uit te dagen Synoniemen: provoceren tarten iemand ergens toe uitnodigen vb: hij daagde mij uit voor een wedstrijdje hardlopen
  • 1) Zieken 2) Het hoofd bieden 3) Vorderen 4) Treiteren 5) Trotseren 6) Jennen 7) Tarten 8) Provoceren 9) Pesten 10) Tergen 11) Plagen 12) Stangen 13) Sarren 14) Dwingen tot reactie 15) Uittarten 16) Vervelend doen 17) Uitnodigen 18) Ophitsen 19) Uitlokken 20) Oproepen 21) Verzoeken
  • tot iets dagen; tarten
  • Uitdagen is uitnodigen voor een duel, provoceren, tarten. [basiswoordenlijst groep 4]
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met uitdagen:
uitdagend

Taaladvies
  1. Is `Ze maken mij de pis niet lauw` (uit het carnavalsliedje van Theo Maassen) een vaste uitdrukking? Zie Ze maken mij de pis niet lauw
  2. Is dit juist: de te ontmoeten uitdagingen? Zie de te ontmoeten uitdagingen


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van uitdagen?
De verleden tijd van uitdagen is 'daagde uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft uitgedaagd'.
Wat betekent uitdagen?
'proberen iemand iets te laten doen of kunnen wat hij of zij nu nog niet doet of kan' en 'proberen iemand te laten reageren'
Hoe spel je uitdagen?
uitdagen spel je U I T D A G E N
Wat is een ander woord voor uitdagen?
Andere woorden voor uitdagen zijn aanleiding geven tot, jennen, ophitsen, oproepen, pesten, plagen, provoceren, sarren, stangen, tarten, tergen, treiteren, uitlokken en zieken.

Op andere websites
Zoek uitdagen op Woordenlijst.org
Zoek uitdagen op Google
Zoek uitdagen op Wikipedia