I de trots

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:

[trɔts]

1) gevoel waardoor je wil laten zien dat je iets goed hebt gedaan of iets moois hebt

Voorbeelden:

`glimmen van trots`, `vaderlijke trots`

2) gevoel dat je meer waard bent dan anderen

Voorbeeld:	`gekrenkte/gekwetste trots`
Synoniem:	hoogmoed

II trots

bijv.naamw.

Uitspraak:

[trɔts]

1) erg blij met wat je hebt of hebt bereikt

Voorbeeld:	`trots zijn op je kinderen`
Synoniem:	fier
zo trots als een pauw	(erg trots)

2) waaruit trots (2) blijkt

Voorbeeld:	`met een trotse blik in de ogen`
Synoniemen:	hoogmoedig, verwaand

aanzienlijk   arrogant   arrogantie   deftig   eer   eergevoel   fier   fierheid   flink   geringschattend   glorieus   groots   hooghartig   hoogmoed   hoogmoedig   hoogmoedigheid   hovaardig   hovaardigheid   indrukwekkend   kleinerend   laatdunkend   majestueus   minachtend   neerbuigend   niettegenstaande   nobel   ondanks   parmant   parmantig   plechtig   plechtstatig   prat   pronkstuk   statig   tevreden   uit de hoogte   verwaand   vorstelijk   

Hoe kun je trots krachtiger uitdrukken?
apetrots; glimmen van trots; gloeien van trots; glunderen van trots; naast je schoenen lopen van trots; trots als een gieter; trots als een hond met zeven lullen; trots als een pauw; zwellen van trots
Uitdrukkingen die trots betekenen (waarin het woord zelf niet voorkomt):
groos als een aap;

• ondanks.
• •fier (+audio)
• denken dat je beter bent dan anderen vb: door haar trots is ze niet erg geliefd Synoniemen: verwaand arrogant pedant hooghartig opgeblazen Tegenstellingen: bescheiden nederig gevoel dat je wilt pronken met wat je hebt of deed vb: met trots keek hij naar het schilderij dat hij maakte
• wie zich meer voelt dan een ander vb: hij is te trots om toe te geven dat hij een fout maakte door haar trots is ze niet erg geliefd [doordat ze zich meer voelt dan een ander]
• Let op: Spelling van 1858 trotschheid, hoogmoed. Trotseren, tarten, tergen, braveren, b.v. een gevaar

Toon uitgebreidere definities

• trotseren• trotsheid• trotskisme• trotskist• trotskistisch

• apetrots• supertrots• reuzetrots• krijtrots• beretrots• berentrots

1. trots (hoogmoed ig)
2. trots (in weerwil van)

1. Is het woord fier correct in deze zin: Veel Argentijnen zijn er fier op dat paus Franciscus uit hun land komt? Zie Fier / trots
2. Wat is correct: apetrots of apentrots? Zie apetrots / apentrots
3. Wat is de herkomst van ergens prat op gaan? Zie Ergens prat op gaan

Is het 'de trots' of 'het trots'?

Het is 'de trots', want trots is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die trots'.

Wat betekent trots?

'gevoel waardoor je wil laten zien dat je iets goed hebt gedaan of iets moois hebt' en 'gevoel dat je meer waard bent dan anderen'

Hoe spel je trots?

trots spel je T R O T S

Wat is een ander woord voor trots?

Andere woorden voor trots zijn aanzienlijk, arrogant, arrogantie, deftig, eer, eergevoel, fier, fierheid, flink, geringschattend, glorieus, groots, hooghartig, hoogmoed, hoogmoedig, hoogmoedigheid, hovaardig, hovaardigheid, indrukwekkend, kleinerend, laatdunkend, majestueus, minachtend, neerbuigend, niettegenstaande, nobel, ondanks, parmant, parmantig, plechtig, plechtstatig, prat, pronkstuk, statig, tevreden, uit de hoogte, verwaand en vorstelijk.

Zoek trots op Woordenlijst.org
Zoek trots op Google
Zoek trots op Wikipedia