de trekker

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[ˈtrɛkər]
Afbreekpatroon:	trek·ker
Verbuigingen:	trekkers (meerv.)

1) motorvoertuig met grote, brede en geprofileerde achterbanden waarmee je karren en machines trekt, vooral in de landbouw

Voorbeeld:	`een optocht van antieke trekkers`
Synoniem:	tractor

2) onderdeel van iets waaraan je moet trekken om het te laten functioneren (van de wc, de bel of een vuurwapen)

de trekker overhalen

(schieten (met een geweer of pistool))

3) steel met dwars erop een strook rubber om het vocht natte oppervlakken mee weg te vegen

glazenwisser   kampeerder   lokkertje   migrant   ruitenwisser   tractor   trekster   voetreiziger   wandelaar   wisser   

• [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Trekker, Trekkerplaat``] Zie Handvuurwapens
• •een truck. •een vuurwapenhendel. •een trekvogel. •iemand die een trektocht maakt. •een publiekstrekker. •een rubbere veger. •iemand die een wissel afgeeft.
• voertuig met grote achterwielen dat iets kan trekken vb: met een trekker sleepte hij de auto uit de sloot Synoniem: tractor onderdeel waaraan je moet trekken vb: hij haalde de trekker van het pistool over rubber veger vb: met zemen lap en trekker maakte zij de ramen schoon
• echt Nederlandsche handelswoorden (1914):hij, die een wissel op iemand afgeeft.
• 1) Attractie 2) Voortbewegingswerktuig 3) Voetreiziger 4) Voertuig 5) Vloerwisser 6) Aanhangwagen 7) Wisser 8) Werktuig in de landbouw 9) Vervoermiddel 10) Zwerver 11) Reiziger 12) Wandervogel 13) Wandelaar 14) Deel van een vuurwapen 15) Nomade 16) Tochtsloot 17) Tractor op rupsbanden 18) Kampeerder

Toon uitgebreidere definities

• trekkerig• trekkershut• trekkervisachtig

• kurkentrekker• lijsttrekker• publiekstrekker• tranentrekker• voortrekker• zorgverstrekker• zorgenverstrekker• wegtrekker• verstrekker• uitkeringstrekker• uitkeringtrekker• toeristentrekker• steuntrekker• stemmentrekker• sneeuwtrekker• poelietrekker• plantrekker• onderstandtrekker• messentrekker• lijntrekker

trekker

(vloer) Is aftrekker correct in de betekenis `(vloer)trekker, schoonmaakwerktuig`? Zie Aftrekker / vloerwisser /

Is het 'de trekker' of 'het trekker'?

Het is 'de trekker', want trekker is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die trekker'.

Wat is het meervoud van trekker?

Het meervoud van trekker is 'trekkers'. Eén trekker, twee trekkers.

Wat betekent trekker?

'motorvoertuig met grote, brede en geprofileerde achterbanden waarmee je karren en machines trekt, vooral in de landbouw' en 'onderdeel van iets waaraan je moet trekken om het te laten functioneren (van de wc, de bel of een vuurwapen)' en 'steel met dwars erop een strook rubber om het vocht natte oppervlakken mee weg te vegen'

Hoe spel je trekker?

trekker spel je T R E K K E R

Wat is een ander woord voor trekker?

Andere woorden voor trekker zijn glazenwisser, kampeerder, lokkertje, migrant, ruitenwisser, tractor, trekster, voetreiziger, wandelaar en wisser.

Zoek trekker op Woordenlijst.org
Zoek trekker op Google
Zoek trekker op Wikipedia