de toren
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [ˈtorə(n)] |
| Afbreekpatroon: | to·ren |
| Verbuigingen: | torens (meerv.) |
1) hoog en smal bouwwerk | Voorbeelden: | `kerktoren`, `de toren van Babel` | |
| hoog van de toren blazen | (verwaand zijn en veel eisen) |
| in een ivoren toren zitten | (zich boven iedereen verheven voelen en daardoor het contact met de dagelijkse werkelijkheid verliezen) |
2) schaakstuk in de vorm van een toren (1) | Voorbeeld: | `een toren slaan` | |
Synoniemen
blokkentoren mast torentje Spreekwoorden en zegswijzen
• hoog van de
toren blazen
(=het grote woord willen hebben / opscheppen)• de reis is nog niet ten einde als men kerk en
toren herkent
(=geef niet op voor het doel geheel is bereikt)Naar de spreekwoordenIntensiveringen
Hoe kun je met toren een ander begrip versterken?torenhoog; hoog als de toren van Babel;
13 definities op Encyclo
- [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Toren``] Een steenen gebouw met verschillende verdiepingen, van betrekkelijk geringen omvang, met een vierhoekig, zeshoekig, rond of eenig ander tracé. In de oude bevestiging (zie Versterkingskunst) waren de torens de hoofdsteunpunten der verdediging en dienden bij meer...
- hoog en smal bouwsel vb: op de toren van de kerk staat een haan in een ivoren toren leven [je niet met anderen bemoeien] hoog van de toren blazen [een grote mond hebben]
- 1) Deel vn een kasteel 2) Hoog bouwwerk 3) Uitzichtspunt 4) Bouwsel 5) Gebouw 6) Schaakterm 7) Deel van een gebouw 8) Spelstuk 9) Stuk in het schaakspel 10) Hoog metselwerk 11) Deel van een kerk 12) Hoog gebouw 13) Rondeel 14) Kasteel 15) Groot gebouw 16) Deel van een burcht 17) Oud bankbiljet 18) Stuk vestin...
- bouwwerk van aanzienlijke hoogte in verhouding tot de doorsnede, dat op zichzelf staat of deel is van een groter bouwwerk, zoals een kasteel of een kerk hoeveelheid van iets die hoog gestapeld is als een toren gebouw dat hoog boven zijn omgeving uittorent en dat bestaat uit tientallen etages kantoorruimte of ...
- De toren bevindt zich in het front van een orgel en vormt een kader waarin de pijpen, in tegenstelling tot het vlakveld, een ronde, driehoekige, enz. opstelling kregen. Een orgel kan meer dan ?n toren tellen, vaak in combinatie met een of meer velden.
Toon uitgebreidere definitiesDeze woorden beginnen met toren:
•
torenbouw•
torenen•
torenflat•
torenhoog•
torenkasteel•
torenklok•
torenspits•
torentjesoverleg•
torenvalkDeze woorden eindigen op toren:
•
monitoren•
restoren•
storen•
verstoren•
vuurtoren•
zonnetoren•
zendtoren•
zadeldaktoren•
woontoren•
watertoren•
wachttoren•
verkeerstoren•
uitkijktoren•
stereotoren•
stadhuistoren•
radiotoren•
raadhuistoren•
moskeetoren•
kruittoren•
kortorenHerkomst volgens etymologiebank.nl
toren (hoog bouwwerk)Taaladvies
Waar komt
in een ivoren toren zitten vandaan?
Zie In een ivoren toren zittenVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de toren' of 'het toren'?
Het is 'de toren', want toren is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die toren'.
Wat is het meervoud van toren?
Het meervoud van toren is 'torens'. Eén toren, twee torens.
Wat betekent toren?
'hoog en smal bouwwerk' en 'schaakstuk in de vorm van een toren '
Hoe spel je toren?
toren spel je T O R E N
Wat is een ander woord voor toren?
Andere woorden voor toren zijn blokkentoren, mast en torentje.Op andere websites
Zoek
toren op Woordenlijst.org
Zoek
toren op Google
Zoek
toren op Wikipedia