de sprint

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[sprɪnt]
Verbuigingen:	sprinten, sprints (meerv.)

1) snelheidswedstrijd over een korte afstand aflegt ^sport

Voorbeelden:

`Ze won het Nederlands kampioenschap sprint.`,
`massasprint`

2) korte periode dat je heel hard loopt of fietst

Voorbeelden:	`eindsprint`, `De wielrenner won de etappe door een sprint in de laatste minuten.`, `Ik nam een sprint en haalde nog net de bus.`
een sprintje trekken	(een korte afstand heel snel afleggen) Synoniem: sprinten

Synoniemen

3 definities op Encyclo

1) Wedren 2) Wedloop 3) Wedren over korte afstand 4) Spurt 5) Schaatsenrijden 6) Wielerterm 7) Atletiekonderdeel 8) Versnelde loop 9) Snelle loop 10) Snelle ren 11) Run 12) Snelloop 13) Term bij wielrennen 14) Term uit de wielersport 15) Snelheidswedstrijd over kortere afstand 16) Snelheidswedstrijd
De sprint is een snelheidswedstrijd op een atletiek -of wielerpiste die wordt gehouden over een relatief korte afstand. Een sprint moet beschouwd worden als een korte, explosieve krachtinspanning die maximum 8 seconden aangehouden kan worden zonder snelheidsverlies te ondervinden. Indien de sprint langer dan ...
snelheidsrit over korte afstand,. Waarbij snelheid, tactiek en strategie van groot belang zijn

Deze woorden beginnen met sprint:

Deze woorden eindigen op sprint:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

Het is 'de sprint', want sprint is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die sprint'.

Het meervoud van sprint is 'sprinten' maar ook 'sprints'.

'snelheidswedstrijd over een korte afstand aflegt' en 'korte periode dat je heel hard loopt of fietst'

sprint spel je S P R I N T

Andere woorden voor sprint zijn ren over korte afstand en spurt.

Op andere websites

Recentelijk gezocht