rinkelen

werkw.
Uitspraak:  [ˈrɪŋkələ(n)]
Afbreekpatroon:  rin·ke·len
Vervoegingen:  rinkelde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gerinkeld (volt.deelw.)

(van munten, telefoons en kettingen) een kenmerkend geluid maken


Synoniemen
gerinkel   kletteren   klingelen   spleet   tingelen   tinkelen   

Spreekwoorden en zegswijzen
• er gaat een belletje rinkelen (=ik begin het te begrijpen)
Naar de spreekwoorden

4 definities op Encyclo
  • opeenvolgende, heldere geluidjes maken vb: de ruiten rinkelden toen Kevin de deur dichtsmeet
  • 1) Kletteren 2) Een belgeluid maken 3) Klingelen 4) Rinkinken 5) Helklinkend geluid maken 6) Gerinkel 7) Helder klinken 8) Geluid van de telefoon 9) Een bellend geluid maken 10) Een hel klinkend geluid maken 11) Een helder zich snel herhalend geluid 12) Een luidklinkend geluid maken 13) Ratelen van een telefo...
  • een hel, onderbroken geluid geven; (Vlaams) (lawaaiig) rondlopen
  • een hel, onderbroken geluid geven Jaar van herkomst: 1599 (Kil. )
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
rinkelen (een hel, onderbroken geluid geven)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van rinkelen?
De verleden tijd van rinkelen is 'rinkelde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gerinkeld'.
Wat betekent rinkelen?
'(van munten, telefoons en kettingen) een kenmerkend geluid maken'
Hoe spel je rinkelen?
rinkelen spel je R I N K E L E N
Wat is een ander woord voor rinkelen?
Andere woorden voor rinkelen zijn gerinkel, kletteren, klingelen, spleet, tingelen en tinkelen.

Op andere websites
Zoek rinkelen op Woordenlijst.org
Zoek rinkelen op Google
Zoek rinkelen op Wikipedia