de plug

zelfst.naamw. (m./v.)

Uitspraak:	[plʏx]
Verbuigingen:	plug gen (meerv.)

voorwerp waarmee je een boorgat opvult voor je er een schroef in draait

muurplug   prop   spon   spongat   

• Uit `De lagere vaktalen: Timmermanstaal` 1914 kleine houten tap, dien men in een muur slaat om er beter een nagel te doen inhouden.
• (= Stekker).
• [Straattaal] iemand die alles voor je kan regelen (fixen)
• 1) Afdichtmiddel 2) Bevestigingskokertje 3) Bouwmateriaal 4) Schroeftap 5) Schroefpijpje 6) Schroefhouder 7) Bout 8) Bevestingsmlddel 9) Bevestingingsmiddel 10) Bevestigingsmiddel 11) Houten pin 12) Afsluitmiddel 13) Mondstuk 14) Verbindingsbout 15) Wig 16) Verbindingscomponent 17) Elektrisch inzetstuk
• 1> kleine houten keg waarmee men een duvel vast zet. Zie deutel/ark. 2> in het algemeen: een stop waarmee men een kleine opening sluit. In het bijzonder de verkorting van de term lensplug.

Toon uitgebreidere definities

• plug-in• plug-inhybride• plug-inhybrideauto• plug-inhybridevoertuig• plug-inhybridewagen• pluggen• plugger

• rawlplug• aftapplug

1. plug (lummel, ploert)
2. plug (wig, prop)

Is het 'de plug' of 'het plug'?

Het is 'de plug', want plug is mannelijk en vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die plug'.

Wat is het meervoud van plug?

Het meervoud van plug is 'plug gen'. Eén plug, twee plug gen.

Wat betekent plug?

'voorwerp waarmee je een boorgat opvult voor je er een schroef in draait'

Hoe spel je plug?

plug spel je P L U G

Wat is een ander woord voor plug?

Andere woorden voor plug zijn muurplug, prop, spon en spongat.

Zoek plug op Woordenlijst.org
Zoek plug op Google
Zoek plug op Wikipedia