overweg

bijwoord
Uitspraak:  [ovərˈwɛx]
Afbreekpatroon:  over·weg

overweg kunnen met  (kunnen omgaan met) `overweg kunnen met een motorzaag`


Spreekwoorden en zegswijzen
overweg kunnen (=kunnen verdragen, aankunnen)
Naar de spreekwoorden

5 definities op Encyclo
  • ermee om kunnen gaan vb: ik kan niet met hem overweg
  • plaats waar weg en spoorbaan elkaar kruisen vb: op de overweg kwam de trein in botsing met een auto een bewaakte overweg [met spoorbomen]
  • 1) Spoorwegovergang 2) Spoorwegkruising 3) Spoorkruising 4) Spoorwegterm 5) Spoorwegoversteekplaats 6) Deel van een spoorweg 7) Kruising van spoorweg met gewone weg 8) Kruising met een spoorbaan 9) Kruising
  • Een 'overweg' of 'spoorwegovergang' is een gelijkvloerse kruising van een spoorlijn of (snel)tramlijn met een weg. De woorden overweg en overpad zijn vanouds spoorwegjargon.
  • Kruising van een weg met een rail-spoor. Een overweg wordt aangeduid met de borden ( J10, J11) die aangeven of je een spoorwegovergang nadert met of zonder overwegbomen en-of met borden J12 en J13. Als je een overweg nadert, kun je gewaarschuwd worden door bebakening X06. Zie ook illustratie I15.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met overweg:
overwegenoverwegendoverwegingoverwegwachter

Herkomst volgens etymologiebank.nl
overweg in de uitdrukking met iemand overweg kunnen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Hoe spel je overweg?
overweg spel je O V E R W E G

Op andere websites
Zoek overweg op Woordenlijst.org
Zoek overweg op Google
Zoek overweg op Wikipedia