overschatten

werkw.
Uitspraak:  [ovərˈsxɑtə(n)]
Afbreekpatroon:  over·schat·ten
Vervoegingen:  overschatte (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft overschat (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

belangrijker of groter vinden dan iets of iemand is
Voorbeeld:  `De meeste managers overschatten hun eigen kwaliteiten.`
Antoniem:  onderschatten


Synoniemen
onderschatten (antoniem)   

3 definities op Encyclo
  • denken dat hij meer of beter of moeilijker is dan in werkelijkheid vb: de juf overschat Mitchel volgens mij Tegenstelling: onderschatten
  • 1) Te hoge waarde toekennen aan
  • te hoge waarde toekennen aan
Toon uitgebreidere definities

Taaladvies
  1. (niet te -) Als ik wil aangeven dat ik iets bijzonder positief waardeer, gebruik ik dan niet te overschatten of niet te onderschatten? Zie Overschatten / onderschatten
  2. Wat moet het zijn in de zin hieronder: onderschatten of overschatten? Zie Niet te onderschatten / niet te overschatten


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van overschatten?
De verleden tijd van overschatten is 'overschatte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft overschat'.
Wat betekent overschatten?
'belangrijker of groter vinden dan iets of iemand is'
Hoe spel je overschatten?
overschatten spel je O V E R S C H A T T E N
Wat is het tegenovergestelde van overschatten?
Een antoniem van overschatten is onderschatten.

Op andere websites
Zoek overschatten op Woordenlijst.org
Zoek overschatten op Google
Zoek overschatten op Wikipedia