het overblijfsel

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈovərblɛifsəl]
Afbreekpatroon:	over·blijf·sel
Verbuigingen:	overblijfsels, overblijfselen (meerv.)

wat is overgebleven als de rest weg of op is

Voorbeelden:

`overblijfselen van een verdwenen cultuur`, `Dat schoolbord aan de muur is een overblijfsel uit de tijd dat dit gebouw als school werd gebruikt.`

afval   overgeblevene   overschot   rest   restant   ruïne   spoor   

• [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Overblijfsel``] Zie Buskruid
• wat nog over is vb: dit kasteel is een overblijfsel uit de middeleeuwen Synoniemen: rest plus [3] overschot restant
• 1) Relict 2) Reliek 3) Residu 4) Rest 5) Restant 6) Spoor 7) Rudiment 8) Ruïne 9) Fossiel 10) Overgeblevene 11) Overschot 12) As 13) Onderkruipsel 14) Brokstuk 15) Afval

Toon uitgebreidere definities

Is het 'de overblijfsel' of 'het overblijfsel'?

Het is 'het overblijfsel', want overblijfsel is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat overblijfsel'.

Wat is het meervoud van overblijfsel?

Het meervoud van overblijfsel is 'overblijfsels' maar ook 'overblijfselen'.

Wat betekent overblijfsel?

'wat is overgebleven als de rest weg of op is'

Hoe spel je overblijfsel?

overblijfsel spel je O V E R B L I J F S E L

Wat is een ander woord voor overblijfsel?

Andere woorden voor overblijfsel zijn afval, overgeblevene, overschot, rest, restant, ruïne en spoor.

Zoek overblijfsel op Woordenlijst.org
Zoek overblijfsel op Google
Zoek overblijfsel op Wikipedia