outilleren

werkw.
Uitspraak:  [uti'jerə(n)]
Afbreekpatroon:  ou·til·le·ren
Vervoegingen:  outilleerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geoutilleerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

van gereedschap of instrumenten voorzien
Voorbeelden:  `ziekenhuizen outilleren met moderne apparatuur`,
`een goed geoutilleerde rijdende werkplaats`


Synoniemen
toerusten   

1 definitie op Encyclo
  • 1) Toerusten 2) Uitrusten
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van outilleren?
De verleden tijd van outilleren is 'outilleerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geoutilleerd'.
Wat betekent outilleren?
'van gereedschap of instrumenten voorzien'
Hoe spel je outilleren?
outilleren spel je O U T I L L E R E N
Wat is een ander woord voor outilleren?
Een ander woord outilleren is toerusten.

Op andere websites
Zoek outilleren op Woordenlijst.org
Zoek outilleren op Google
Zoek outilleren op Wikipedia