de optocht

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[ˈɔptɔxt]
Afbreekpatroon:	op·tocht
Verbuigingen:	optochten (meerv.)

mensen die achter elkaar op straat lopen met een feestelijk doel

Voorbeelden:

`carnavalsoptocht`, `een historische optocht`

corso   stoet   

• groep mensen die in een rij over straat loopt vb: ze liepen in een optocht te demonstreren
• 1) Processie 2) Bloemencorso 3) Uiterlijk vertoon 4) Lange stoet 5) Betoging 6) Sleep 7) Stoet 8) Corso 9) Cortège 10) Parade 11) Feesttocht 12) Omgang 13) Omtocht 14) Defilé 15) Queue 16) Toer
• bestuursrecht: de gemeenteraad kan regels stellen voor samenkomsten op openbare plaatsen van godsdienstige of levensbeschouwelijke ...
• Een 'optocht' of 'stoet' is een georganiseerde trektocht, die meestal gehouden wordt om iets te manifesteren. Een optocht is een gecoördineerd gebeuren.
• Een optocht is een stoet , een defilé . Wordt ook wel een processie genoemd. [basiswoordenlijst groep 6]

Toon uitgebreidere definities

• strooptocht• seúoptocht• kerstoptocht• fakkeloptocht• carnavalsoptocht

Is het 'de optocht' of 'het optocht'?

Het is 'de optocht', want optocht is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die optocht'.

Wat is het meervoud van optocht?

Het meervoud van optocht is 'optochten'. Eén optocht, twee optochten.

Wat betekent optocht?

'mensen die achter elkaar op straat lopen met een feestelijk doel'

Hoe spel je optocht?

optocht spel je O P T O C H T

Wat is een ander woord voor optocht?

Andere woorden voor optocht zijn corso en stoet.

Zoek optocht op Woordenlijst.org
Zoek optocht op Google
Zoek optocht op Wikipedia