opsluiten

werkw.
Uitspraak:  [ˈɔpslœytə(n)]
Afbreekpatroon:  op·slui·ten
Vervoegingen:  sloot op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft opgesloten (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(iemand) in een afgesloten ruimte laten blijven
Voorbeeld:  `De honden zaten al weken opgesloten in een veel te klein hok.`


Synoniemen
achter de tralies zetten   gevangen zetten   in de cel zetten   interneren   isoleren   sluiten   vastzetten   

9 definities op Encyclo
  • [Soldatentaal, 1914] klaploopen.
  • •iemand achter slot gevangen zetten. (+audio)
  • hem in een dichte afgesloten ruimte zetten vb: de dief werd in de gevangenis opgesloten Synoniem: insluiten
  • [Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Militair), klaplopen.
  • 1) Gevangennemen 2) Gevangenzetten 3) Een straf uitvoeren 4) Confineren 5) Achter slot en grendel brengen 6) Vastzetten 7) Interneren 8) Detineren 9) Achter slot en grendel sluiten 10) Achter slot en grendel zetten 11) Achter slot zetten 12) Bevestigen 13) Beroven 14) Isoleren 15) Kooien 16) In de gevangenis ...
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
opsluiten

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van opsluiten?
De verleden tijd van opsluiten is 'sloot op'. Het voltooid deelwoord is 'heeft opgesloten'.
Wat betekent opsluiten?
'(iemand) in een afgesloten ruimte laten blijven'
Hoe spel je opsluiten?
opsluiten spel je O P S L U I T E N
Wat is een ander woord voor opsluiten?
Andere woorden voor opsluiten zijn achter de tralies zetten, gevangen zetten, in de cel zetten, interneren, isoleren, sluiten en vastzetten.

Op andere websites
Zoek opsluiten op Woordenlijst.org
Zoek opsluiten op Google
Zoek opsluiten op Wikipedia