oprotten

werkw.
Uitspraak:  ['ɔprɔtə(n)]
Afbreekpatroon:  op·rot·ten
Vervoegingen:  rotte op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  is opgerot (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

weggaan om een bepaalde reden
Voorbeeld:  `Pak je koffers en rot op!`


Synoniemen
nokken   opdonderen   opduvelen   opflikkeren   

6 definities op Encyclo
  • Amsterdams woord voor weggaan
  • (Amsterdams) wegwezen, ga weg!
  • weggaan (plat) vb: rot op! Synoniem: opdonderen
  • 1) Ophoepelen 2) Opflikkeren 3) Opdonderen 4) Nokken 5) Opduvelen
  • onmiddellijk weggaan; direct vertrekken, verdwijnen; zich zo snel mogelijk uit de voeten maken; maken dat je wegkomt; ophoepelen; wegwezen formule waarmee aangegeven wordt dat iemand in het geheel niet gediend is van iets Vooral in de vorm rot op met... . agressieve formule waarmee een of meer personen te ken...
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
oprotten (ophoepelen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van oprotten?
De verleden tijd van oprotten is 'rotte op'. Het voltooid deelwoord is 'is opgerot'.
Wat betekent oprotten?
'weggaan om een bepaalde reden'
Hoe spel je oprotten?
oprotten spel je O P R O T T E N
Wat is een ander woord voor oprotten?
Andere woorden voor oprotten zijn nokken, opdonderen, opduvelen en opflikkeren.

Op andere websites
Zoek oprotten op Woordenlijst.org
Zoek oprotten op Google
Zoek oprotten op Wikipedia