de oppas

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[ˈɔpɑs]
Afbreekpatroon:	op·pas
Verbuigingen:	oppassen (meerv.)

iemand die tijdelijk voor kleine kinderen zorgt

Voorbeeld:	`We konden geen oppas krijgen, dus we konden niet komen.`
Synoniem:	babysit

baby-sitter   babyoppas   babysit   babysitter   kinderoppas   

• 1) Persoon die tijdelijk voor huisdieren zorgt 2) Persoon die tijdelijk voor kinderen zorgt 3) Wiegenwacht 4) Kinderoppas 5) Bediende 6) Bediende (Indisch) 7) Bewaking 8) Zorg 9) Verzorging 10) Huiswachter 11) Verzorger 12) Nanny 13) Babysitter 14) Babysit 15) Een babysitter 16) Baboe 17) Tijdelijke verzorger...
• Een oppas is iemand die op de kinderen past. [basiswoordenlijst groep 3]
• iemand die op iets of iemand let; (Surinaams-Nederlands) verpleger, broeder
• iemand die voor zijn beroep, als bijverdienste of uit liefhebberij oppast, meestal op kinderen en soms ook op dieren of hulpbehoevende volwassenen

Toon uitgebreidere definities

• oppascentrale• oppashuis• oppasprobleem• oppassen• oppassend• oppasser• oppassing

• looppas• kinderoppas• galoppas• huisdierenoppas

Is het 'de oppas' of 'het oppas'?

Het is 'de oppas', want oppas is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die oppas'.

Wat is het meervoud van oppas?

Het meervoud van oppas is 'oppassen'. Eén oppas, twee oppassen.

Wat betekent oppas?

'iemand die tijdelijk voor kleine kinderen zorgt'

Hoe spel je oppas?

oppas spel je O P P A S

Wat is een ander woord voor oppas?

Andere woorden voor oppas zijn baby-sitter, babyoppas, babysit, babysitter en kinderoppas.

Zoek oppas op Woordenlijst.org
Zoek oppas op Google
Zoek oppas op Wikipedia