opmeten

werkw.

Uitspraak:	['ɔpmetə(n)]
Afbreekpatroon:	op·me·ten
Vervoegingen:	mat op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft opgemeten (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

de afmeting of grootte van iets bepalen

Voorbeeld:	`Zelf je gordijnen opmeten is eenvoudiger dan je denkt.`
de schade opmeten	(bepalen hoe ernstig of hoe groot de schade is)

Synoniemen

4 definities op Encyclo

[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Opmeten``] Eenig voorwerp zoodanig nameten, dat men het in teekening kan brengen. Het O. van terrein is de opname en teekening van eenig terreingedeelte, zoodanig dat al wat hetzij in het algemeen of voor een bijzonder doel van belang is voor den krijgsman, duidelijk uit...
•van iets de maten bepalen.
meten hoe groot het is of hoe lang het duurt vb: je moet eerst opmeten hoeveel behang je nodig hebt Synoniemen: opnemen afmeten
1) De maat nemen 2) Omvang bepalen 3) Een afstand bepalen 4) Meten 5) De omvang bepalen 6) Een afstand meten 7) Opnemen 8) Een maat opnemen 9) Peilen 10) De grootte bepalen 11) Afmeten 12) Lengte bepalen 13) Bezigheid van landmeters 14) De lengte bepalen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van opmeten is 'mat op'. Het voltooid deelwoord is 'heeft opgemeten'.

'de afmeting of grootte van iets bepalen'

opmeten spel je O P M E T E N

Andere woorden voor opmeten zijn afmeten, meten, opnemen en peilen.

Op andere websites

Recentelijk gezocht