de opleider

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	['ɔplɛidər]
Afbreekpatroon:	op·lei·der
Verbuigingen:	opleiders (meerv.)

de opleid|ster

zelfst.naamw.

Uitspraak:	['ɔplɛit|stər]
Afbreekpatroon:	op·lei·der
Verbuigingen:	opleidsters (meerv.)

man of vrouw die één of meerdere personen een opleiding geeft over een bepaald onderwerp

Voorbeeld:

`In dat bedrijf zijn ze nog op zoek naar enkele opleiders. Vind je dat niets?`

instructeur   leermeester   oefenmeester   

• 1) Iemand die iemand opleidt 2) Instructeur 3) Leraar 4) Leermeester 5) Beroep
• Degene die verantwoordelijk is voor de opleiding tot specialist.

Toon uitgebreidere definities

Is het 'de opleider' of 'het opleider'?

Het is 'de opleider', want opleider is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die opleider'.

Wat is het meervoud van opleider?

Het meervoud van opleider is 'opleiders'. Eén opleider, twee opleiders.

Wat betekent opleid|ster?

'man of vrouw die één of meerdere personen een opleiding geeft over een bepaald onderwerp'

Hoe spel je opleid|ster?

opleid|ster spel je O P L E I D Hoofdletter-| S T E R

Wat is een ander woord voor opleid|ster?

Andere woorden voor opleid|ster zijn instructeur, leermeester en oefenmeester.

Zoek opleider op Woordenlijst.org
Zoek opleider op Google
Zoek opleider op Wikipedia