de openingstijd

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	['opənɪŋstɛit]
Afbreekpatroon:	ope·nings·tijd
Verbuigingen:	openingstijden (meerv.)

tijd dat iets open is of gaat

Voorbeelden:	`Ze staan al ruim voor openingstijd te wachten.`, `In de vakanties heeft de bibliotheek andere openingstijden.`
Antoniem:	sluitingstijd

• 1) Startmoment
• deel van een dag tussen bepaalde tijdstippen waarin een bedrijf, instelling of balie enz. toegankelijk is voor klanten of publiek; periode in een dag waarin iets open is Vaak in het meervoud. tijdstip waarop een bedrijf, instelling, balie enz. open gaat voor klanten of publiek; openingstijdstip van een bedrij...
• Openingstijd is de tijd dat winkels open zijn. [basiswoordenlijst groep 4]

Toon uitgebreidere definities

• openingstijden

Is het 'de openingstijd' of 'het openingstijd'?

Het is 'de openingstijd', want openingstijd is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die openingstijd'.

Wat is het meervoud van openingstijd?

Het meervoud van openingstijd is 'openingstijden'. Eén openingstijd, twee openingstijden.

Wat betekent openingstijd?

'tijd dat iets open is of gaat'

Hoe spel je openingstijd?

openingstijd spel je O P E N I N G S T I J D

Zoek openingstijd op Woordenlijst.org
Zoek openingstijd op Google
Zoek openingstijd op Wikipedia