oogsten

werkw.

Uitspraak:	[ˈoxstə(n)]
Afbreekpatroon:	oog·sten
Vervoegingen:	oogstte (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft geoogst (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(gewassen, landbouwproducten) van het land halen om op te eten of te verwerken

Voorbeeld:	`Door het natte weer kon er pas laat worden geoogst dit jaar.`
succes oogsten met	(succes hebben met)

Zie ook:

oogst

binnen halen   boeken   graanschuur   inzamelen   maaien   plukken   vergaren   verzamelen   

• zo men zaait zo zal men oogsten (=men krijgt loon naar werken)
• wie wind zaait zal storm oogsten (=wie kwaad doet, zal er uiteindelijk zelf de gevolgen van dragen)
Naar de spreekwoorden

• • [ov] het volgroeide gewas van het veld halen •"overdrachtlijk" als reactie krijgen
• producten van het land of van de boom halen vb: de druivenoogst begint in september lof, bijval oogsten [die krijgen]
• 1) Veldvruchten verzamelen 2) Vergaren 3) Maaien 4) Verwerven 5) Maaien van graan 6) Verzamelen 7) Trekken 8) Verzamelen van gewassen 9) Rooien 10) Binnenhalen van graan 11) Binnenhalen van gewassen 12) Binnenhalen 13) Boerenarbeid 14) Landbewerking 15) Landbouwwerk 16) De oogst binnen halen 17) Granen maaien...

Toon uitgebreidere definities

oogsten

Schrijf je boerderij met ei of ij? Zie boerderij / boerderei

Wat is de verleden tijd van oogsten?

De verleden tijd van oogsten is 'oogstte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geoogst'.

Wat betekent oogsten?

'(gewassen, landbouwproducten) van het land halen om op te eten of te verwerken'

Hoe spel je oogsten?

oogsten spel je O O G S T E N

Wat is een ander woord voor oogsten?

Andere woorden voor oogsten zijn binnen halen, boeken, graanschuur, inzamelen, maaien, plukken, vergaren en verzamelen.

Zoek oogsten op Woordenlijst.org
Zoek oogsten op Google
Zoek oogsten op Wikipedia