omwisselen

werkw.

Uitspraak:	['ɔmwɪsələ(n)]
Afbreekpatroon:	om·wis·se·len
Vervoegingen:	wisselde om (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft omgewisseld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(iets) vervangen door iets anders

Voorbeelden:	`alle dollars die je bij je hebt omwisselen in euro's`, `bij de balie je vouchers omwisselen voor toegangskaartjes`
Synoniem:	omruilen

hervorming   inwisselen   omkeer   omruil   omruilen   omschakeling   omwisseling   ruilen   transformatie   veranderen   verandering   verruilen   verruiling   verwisselen   verwisseling   wending   wijzigen   wijziging   wisselen   

• • [ov] het één van plaats ruilen met het ander. • [ov] het één ruilen voor het ander.
• 1) Wending 2) Wijziging 3) Wijzigen 4) Veranderen 5) Omwisseling 6) Omschakeling 7) Omruilen 8) Omruil 9) Omkeer 10) Verwisseling 11) Verwisselen 12) Verruiling 13) Verruilen 14) Verandering 15) Beurtelings gebruiken 16) Inwisselen 17) Transformatie 18) Ruilen 19) Hervorming
• Omwisselen is ruilen voor iets anders; van plaats veranderen. [basiswoordenlijst groep 4]

Toon uitgebreidere definities

Mag je naast om de beurt ook omstebeurt gebruiken? Zie Om de beurt / omstebeurt

Wat is de verleden tijd van omwisselen?

De verleden tijd van omwisselen is 'wisselde om'. Het voltooid deelwoord is 'heeft omgewisseld'.

Wat betekent omwisselen?

'(iets) vervangen door iets anders'

Hoe spel je omwisselen?

omwisselen spel je O M W I S S E L E N

Wat is een ander woord voor omwisselen?

Andere woorden voor omwisselen zijn hervorming, inwisselen, omkeer, omruil, omruilen, omschakeling, omwisseling, ruilen, transformatie, veranderen, verandering, verruilen, verruiling, verwisselen, verwisseling, wending, wijzigen, wijziging en wisselen.

Zoek omwisselen op Woordenlijst.org
Zoek omwisselen op Google
Zoek omwisselen op Wikipedia