omringen

werkw.

Uitspraak:	[ɔmˈrɪŋə(n)]
Afbreekpatroon:	om·rin·gen
Vervoegingen:	omringde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft omringd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(in de vorm van een cirkel) in de buurt zijn van

Voorbeelden:	`Een gracht omringt het centrum van de stad.`, `omringd door fans`
Synoniem:	omgeven

aanwezig zijn   insluiten   omgeven   

• • [ov] aan alle kanten omgeven. (+audio)
• ergens omheen doen of zijn vb: die jongen omringt zich met slechte vrienden
• 1) Omvatten 2) Aanwezig zijn 3) Aan alle kanten omgeven 4) Omsingelen 5) Omgeven 6) Omhullen 7) Omsluiten 8) Omtrekken 9) Insluiten 10) Inbouwen
• aan alle kanten omgeven

Toon uitgebreidere definities

• omringen met• omringend

omringen

Wat is juist: `Omringd door haar dierbaren is maandag overleden ...` of `Omringt door haar dierbaren is maandag overleden ...`? Zie Omringen: omringd / omringt door haar dierbaren …

Wat is de verleden tijd van omringen?

De verleden tijd van omringen is 'omringde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft omringd'.

Wat betekent omringen?

'(in de vorm van een cirkel) in de buurt zijn van'

Hoe spel je omringen?

omringen spel je O M R I N G E N

Wat is een ander woord voor omringen?

Andere woorden voor omringen zijn aanwezig zijn, insluiten en omgeven.

Zoek omringen op Woordenlijst.org
Zoek omringen op Google
Zoek omringen op Wikipedia