ombouwen

werkw.

Uitspraak:	['ɔmbɑuwə(n)]
Afbreekpatroon:	om·bou·wen
Vervoegingen:	bouwde om (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft omgebouwd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

zo veranderen dat het voor iets anders gebruikt kan worden

Voorbeelden:

`Onze kampeerauto is een omgebouwde bestelwagen.`,
`De kerk is omgebouwd tot een appartementencomplex.`

Synoniemen

4 definities op Encyclo

verbouwen - Voorbeeld: Dezelfde (tempel) is zo ombouwd dat men hem met moeite zien kan (Tolstoï 95)
1) Veranderen 2) Van geslacht doen veranderen
De beschermende en versierende bedekkingen die een klokkenhuis en wijzerplaat bijeenhouden en omgeven
Het in de tegengestelde richting ten opzichte van de oorspronkelijke richting laten rijden van een trein

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van ombouwen is 'bouwde om'. Het voltooid deelwoord is 'heeft omgebouwd'.

'zo veranderen dat het voor iets anders gebruikt kan worden'

ombouwen spel je O M B O U W E N

Een ander woord ombouwen is veranderen.

Op andere websites

Recentelijk gezocht