de netheid

zelfst.naamw. (v.)

Uitspraak:	['nɛthɛit]
Afbreekpatroon:	net·heid

het netjes, goed verzorgd zijn

Voorbeeld:

`Kinderen moesten opgroeien in een omgeving waar orde, netheid en regelmaat heerste.`

eerbaarheid   fatsoen   fatsoenlijkheid   gepastheid   keurigheid   kiesheid   onberispelijkheid   opgeruimdheid   ordelijkheid   properheid   reinheid   smetteloosheid   slordigheid (antoniem)   

• 1) Eerbaarheid 2) Opgeruimdheid 3) Knapheid 4) Bevalligheid 5) Smetteloosheid 6) Zindelijkheid 7) Nettigheid 8) Onberispelijkheid 9) Het keurig zijn 10) Het proper zijn 11) Properheid 12) Keurigheid 13) Goede eigenschap 14) Ordelijkheid 15) Gepastheid 16) Orde 17) Fatsoenlijkheid 18) Fatsoen 19) Kiesheid

Toon uitgebreidere definities

• netheidsonderzoek

Is het 'de netheid' of 'het netheid'?

Het is 'de netheid', want netheid is vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die netheid'.

Wat betekent netheid?

'het netjes, goed verzorgd zijn'

Hoe spel je netheid?

netheid spel je N E T H E I D

Wat is een ander woord voor netheid?

Andere woorden voor netheid zijn eerbaarheid, fatsoen, fatsoenlijkheid, gepastheid, keurigheid, kiesheid, onberispelijkheid, opgeruimdheid, ordelijkheid, properheid, reinheid en smetteloosheid.

Wat is het tegenovergestelde van netheid?

Een antoniem van netheid is slordigheid.

Zoek netheid op Woordenlijst.org
Zoek netheid op Google
Zoek netheid op Wikipedia