monter

bijv.naamw.

Uitspraak:	[ˈmɔntər]
Afbreekpatroon:	mon·ter

vrolijk en energiek

Synoniem:

opgewekt

blij   blijmoedig   dartel   fideel   fleurig   fris   geestig   jolig   kleurig   kwiek   levendig   levenslustig   lustig   opgeruimd   opgetogen   opgewekt   plezierig   tierig   uitgelaten   vrolijk   wakker   welgemoed   zonnig   

• 1) Opgeruimd 2) Dartel 3) Levenslustig 4) Levendig 5) Plezierig 6) Kwiek 7) Pront 8) Jolig 9) Tierig 10) Uitgelaten 11) Fideel 12) Fris 13) Opgetogen 14) Opgewekt 15) Hups 16) Zonnig 17) Vrolijk 18) Verkwikt 19) Blijmoedig 20) Blijde 21) Wakker 22) Lustig 23) Blij 24) Fit 25) Welgemoed
• opgewekt Jaar van herkomst: 1599 (Kil. )

Toon uitgebreidere definities

• monteren• monterheid• montering

monter (opgewekt)

Wat betekent monter?

'vrolijk en energiek'

Hoe spel je monter?

monter spel je M O N T E R

Wat is een ander woord voor monter?

Andere woorden voor monter zijn blij, blijmoedig, dartel, fideel, fleurig, fris, geestig, jolig, kleurig, kwiek, levendig, levenslustig, lustig, opgeruimd, opgetogen, opgewekt, plezierig, tierig, uitgelaten, vrolijk, wakker, welgemoed en zonnig.

Zoek monter op Woordenlijst.org
Zoek monter op Google
Zoek monter op Wikipedia