het mondstuk

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['mɔntstʏk]
Afbreekpatroon:  mond·stuk
Verbuigingen:  mondstukken (meerv.)

deel van een blaasinstrument dat je tussen of tegen je lippen houdt tijdens het spelen
Voorbeeld:  `Het mondstuk van een hoorn heeft een trechtervorm.`


Synoniemen
embouchure   mondstuk van een pijp   

Spreekwoorden en zegswijzen
• een goed mondstuk hebben (=goed kunnen spreken)
Naar de spreekwoorden

8 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: De tabakbewerkerstaal` 1914 stuk stijvere leege huls aan een sigaret.
  • Uit `De lagere vaktalen: Timmermanstaal` 1914 stukje hard hout, om onder aan den mond der schaaf te lijmen, als de mond uitgesleten is.
  • [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Mondstuk``] 1o. Zie Kanonnen, Mortieren. 2o. Zie Paardentuig
  • 1) Bit van een paard 2) Deel van een klarinet 3) Gebit 4) Deel van een blaasinstrument 5) Deel van een muziekinstrument 6) Embouchure 7) Paardentuig 8) Deel van een paardentoom 9) Deel van een pijp 10) Deel van een rookartikel 11) Deel van een trompet 12) Bit
  • Componenten van blaasinstrumenten die in of tegen de mond van de speler worden geplaatst en die samen met de lippen van de speler of het riet, de toongenerator vormen
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de mondstuk' of 'het mondstuk'?
Het is 'het mondstuk', want mondstuk is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat mondstuk'.
Wat is het meervoud van mondstuk?
Het meervoud van mondstuk is 'mondstukken'. Eén mondstuk, twee mondstukken.
Wat betekent mondstuk?
'deel van een blaasinstrument dat je tussen of tegen je lippen houdt tijdens het spelen'
Hoe spel je mondstuk?
mondstuk spel je M O N D S T U K
Wat is een ander woord voor mondstuk?
Andere woorden voor mondstuk zijn embouchure en mondstuk van een pijp.

Op andere websites
Zoek mondstuk op Woordenlijst.org
Zoek mondstuk op Google
Zoek mondstuk op Wikipedia