meepikken

werkw.
Uitspraak:  ['mepɪkə(n)]
Afbreekpatroon:  mee·pik·ken
Vervoegingen:  pikte mee (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft meegepikt (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

doen in de tijd die je al van plan bent aan iets anders te besteden
Voorbeeld:  `Als we toch de badkamer komen verbouwen, pikken we die buitenkraan wel even mee.`
een graantje meepikken  (nuttig gebruik maken (van een kans die zich voordoet)) `Als het museum er komt, zal de middenstand graag een graantje meepikken van de toeristen die het aantrekt.` Synoniem: profiteren


Synoniemen
graantje meepikken   kennis opdoen   leren   meekrijgen   oppikken   opsteken   

Spreekwoorden en zegswijzen
• een graantje meepikken (=meeprofiteren)
Naar de spreekwoorden

1 definitie op Encyclo
  • 1) Oppikken 2) Stelen 3) Meekrijgen 4) In een moeite door doen 5) Opsteken
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van meepikken?
De verleden tijd van meepikken is 'pikte mee'. Het voltooid deelwoord is 'heeft meegepikt'.
Wat betekent meepikken?
'doen in de tijd die je al van plan bent aan iets anders te besteden'
Hoe spel je meepikken?
meepikken spel je M E E P I K K E N
Wat is een ander woord voor meepikken?
Andere woorden voor meepikken zijn graantje meepikken, kennis opdoen, leren, meekrijgen, oppikken en opsteken.

Op andere websites
Zoek meepikken op Woordenlijst.org
Zoek meepikken op Google
Zoek meepikken op Wikipedia