losgaan

werkw.
Uitspraak:  ['lɔsxan]
Afbreekpatroon:  los·gaan
Vervoegingen:  ging los (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  is losgegaan (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) je zonder remmingen uitleven
Voorbeeld:  `helemaal losgaan in de disco`

2) niet vast blijven zitten
Voorbeeld:  `Er is een vulling losgegaan toen ik op een stuk noga kauwde.`


Synoniemen
afgaan   fel afgaan op   los worden   loskomen   loslaten   losraken   opengaan   

1 definitie op Encyclo
  • 1) Loslaten 2) Aftrillen 3) Loskomen 4) Losraken 5) Loswerken 6) Zich richten 7) Ontsloten raken 8) Afvallen 9) Samenhang verliezen 10) Je zonder remmingen uitleven 11) Afslijten 12) Afgaan 13) Fel afgaan op 14) Doorgaan 15) Opengaan
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden eindigen op losgaan:
erop losgaan

Taaladvies
Wat is juist: verloren gaan of verlorengaan? Zie Verlorengaan / verloren gaan

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van losgaan?
De verleden tijd van losgaan is 'ging los'. Het voltooid deelwoord is 'is losgegaan'.
Wat betekent losgaan?
'je zonder remmingen uitleven' en 'niet vast blijven zitten'
Hoe spel je losgaan?
losgaan spel je L O S G A A N
Wat is een ander woord voor losgaan?
Andere woorden voor losgaan zijn afgaan, fel afgaan op, los worden, loskomen, loslaten, losraken en opengaan.

Op andere websites
Zoek losgaan op Woordenlijst.org
Zoek losgaan op Google
Zoek losgaan op Wikipedia