het loonzakje
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | ['lonzɑkjə] |
| Afbreekpatroon: | loon·zak·je |
| Verbuigingen: | loonzakjes (meerv.) |
klein papieren zakje waarin vroeger weeklonen werden uitbetaald | Voorbeeld: | `Als vader op zaterdag thuiskwam met zijn loonzakje moest hij het meteen aan mijn moeder geven.` | |
3 definities op Encyclo
- 1) Envelop met salaris
- Het loonzakje bevatte behalve het geldbedrag soms ook een briefje of loonstrookje waarin de berekening van het nettoloon werd gespecificeerd. In Noord-Brabant werd het loonzakje door getrouwde mannen en thuiswonende jongeren vaak ongeopend aan hun vrouw of moeder gegeven, die hen daaruit een klein 'traktement...
- zakje, enveloppe met geld dat periodiek (vaak per week of per maand) aan de werknemer werd gegeven voor geleverde arbeid; zakje, enveloppe met daarin het als nettoloon verdiende geld van een werknemer die dat aan het einde van een betaalperiode in ontvangst nam (iemands) inkomen
Toon uitgebreidere definitiesVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de loonzakje' of 'het loonzakje'?
Het is 'het loonzakje', want loonzakje is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat loonzakje'.
Wat is het meervoud van loonzakje?
Het meervoud van loonzakje is 'loonzakjes'. Eén loonzakje, twee loonzakjes.
Wat betekent loonzakje?
'klein papieren zakje waarin vroeger weeklonen werden uitbetaald'
Hoe spel je loonzakje?
loonzakje spel je L O O N Z A K J E Op andere websites
Zoek
loonzakje op Woordenlijst.org
Zoek
loonzakje op Google
Zoek
loonzakje op Wikipedia