lijken

werkw.

Uitspraak:	[ˈlɛikə(n)]
Afbreekpatroon:	lij·ken
Vervoegingen:	leek (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft geleken (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

schijnen te zijn

Voorbeelden:

`Het lijkt wel brons, maar het is gewoon plastic.`, `Dat lijkt me wel een leuke jongen.`, `Je lijkt je moeder wel, als je zo praat.`

Zie ook:

lijk

aanstaan   dunken   eruit zien   evenaren   lijkt   overkomen   schijnen   toeschijnen   voorkomen   

• uit de lijken geslagen (=totaal van zijn stuk gebracht)
• over lijken gaan (=doordouwen zonder oog voor ethiek of moraal)
• op elkaar lijken als twee druppels water (=precies op elkaar lijken)
• op elkaar lijken als het ene ei op het andere (=goed op elkaar lijken)
Naar de spreekwoorden

Hoe kun je lijken krachtiger uitdrukken?
als twee druppels water lijken op; sprekend lijken op;

• Uit `De lagere vaktalen: Taal der bouwbedrijven` 1914 afkappen van steenen om de lagen pas te krijgen.
• (een zeil) met touwwerk omzomen
• [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Lijken``] De zijden van het raam van touwwerk, waarin de zeilen gevat zijn. Zij worden door verschillende benamingen onderscheiden. Zoo noemt men het L. waarmede een vierkant zeil is aangeslagen ralijk, het daaraan tegenovergestelde aan den onderkant van het zeil onderli...
• • [inerg] "~ + op" uitzien als. • [copl] naar aanschijn zijn. (+audio)
• er overeenkomst mee vertonen vb: Jaap lijkt sprekend op zijn vader Tegenstelling: verschillen het ziet er zo uit, maar hoeft niet zo te zijn vb: hij lijkt wel gek dat lijkt maar zo [het geeft die indruk, maar het is niet zo] dat zou mij wel lijken [dat zou mij wel bevallen]

Toon uitgebreidere definities

• lijken op• lijkenhuis• lijkenlucht• lijkenpikker• lijkenpikkerij• lijkentouw• lijkenzak

• bemoeilijken• blijken• gelijken• opvrolijken• uithuwelijken• verduidelijken• vergelijken• vergemakkelijken• vergoelijken• verinnerlijken• verstedelijken• verwezenlijken• energie vergelijken• odds vergelijken• zuidelijken• vermoeilijken• verliederlijken• verheimelijken• verheerlijken• vergoddelijken

1. lijken (bevallen, passen)
2. lijken (overeenkomst hebben)

Wat is de verleden tijd van lijken?

De verleden tijd van lijken is 'leek'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geleken'.

Wat betekent lijken?

'schijnen te zijn'

Hoe spel je lijken?

lijken spel je L I J K E N

Wat is een ander woord voor lijken?

Andere woorden voor lijken zijn aanstaan, dunken, eruit zien, evenaren, lijkt, overkomen, schijnen, toeschijnen en voorkomen.

Zoek lijken op Woordenlijst.org
Zoek lijken op Google
Zoek lijken op Wikipedia