lesgeven

werkw.

Uitspraak:	[ˈlɛsxevə(n)]
Afbreekpatroon:	les·ge·ven
Vervoegingen:	gaf les (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft lesgegeven (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

onderwijs geven, vooral als beroep

Voorbeelden:

`Ze heeft tien jaar lang lesgegeven`, `lesgeven aan kinderen`

• •de taak van een leraar op zich nemen. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
• op een school aan leerlingen iets leren vb: deze leraar heeft acht uur lesgegeven Synoniemen: onderwijzen doceren
• 1) Kennis bijbrengen 2) Doceren 3) Lessen 4) Onderwijzen 5) Onderrichten
• Lesgeven is het overdragen van informatie door leraren aan leerlingen . Je kunt ook zeggen tekst en uitleg geven over een vak waar een leraar alles en een leerling weinig of niets van weet. Het wordt ook wel onderwijzen genoemd. [basiswoordenlijst groep 3]

Toon uitgebreidere definities

1. Schrijf je deze combinatie van een zelfstandig naamwoord en een werkwoord losofaaneen? Zie lesgeven / les geven
2. Wat is het verschil tussen een slecht docent en een slechte docent? Zie een slecht docent / een slechte docent
3. Wat is het verschil tussen doceren en doseren? En hoe moeten deze woorden klinken? Zie Doceren / doseren

Wat is de verleden tijd van lesgeven?

De verleden tijd van lesgeven is 'gaf les'. Het voltooid deelwoord is 'heeft lesgegeven'.

Wat betekent lesgeven?

'onderwijs geven, vooral als beroep'

Hoe spel je lesgeven?

lesgeven spel je L E S G E V E N

Zoek lesgeven op Woordenlijst.org
Zoek lesgeven op Google
Zoek lesgeven op Wikipedia