de/het label

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈlebəl]
Afbreekpatroon:	la·bel
Verbuigingen:	labels (meerv.)

1) kaartje of stukje textiel met informatie

Voorbeelden:	`een koffer met een label met je naam en adres`, `een label in je overhemd met het wasvoorschrift`, `een label voor je dvd printen`
iemand een label opplakken	(iemand een bepaalde eigenschap toeschrijven)

2) cd-merk

Voorbeeld:

`een cd onder een nieuw label uitbrengen`

adreskaartje   etiket   handelsmerk   merk   plakker   plakkertje   platenmerk   sticker   

• (1) Merk, symbolisch adres, identiteitskaart. (2) Een symbolische groep van karakters die een gebied in het geheugen, een hoeveelheid gegevens of een record identificeert. (3) Een naam die wordt gekoppeld aan een programma-instructie en waarmee algemene of locale parameters aan deze instructie kunnen worden m...
• plakplaatje met informatie vb: op het label van dit product staat waar het van gemaakt is Synoniem: etiket kaartje aan een koffer, met naam en adres erop vb: aan het label konden we zien van wie de koffer was merk van een grammofoonplaat of cd vb: zijn liedjes zijn uitgebracht onder een nieuw label
• 1) Een merkteken op een artikel 2) Tag 3) Sticker 4) Platenmerk 5) Een aanduiding op een voorwerp 6) Een aangehecht stukje papier met gegevens 7) Etiket met informatie 8) Plakkertje 9) Een symbool dat iets identificeert 10) Etiket 11) Een kenmerkende tag aan een item 12) Een naamkaartje op een item
• etiket
• etiket - Jaar van herkomst: 1910 (KWT ) platenmerk - Jaar van herkomst: 1971 (R75 )

Toon uitgebreidere definities

• labelen• labeling

• valabel• probleemlabel• prealabel• platenlabel• offlabel• kofferlabel• energielabel• cd-label• appellabel• adreslabel

label (adreskaartje, etiket)

1. Als een van de delen een Engelse woordgroep is, die bestaat uit een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord, schrijf je dit woord dan aan elkaar? Zie fairtradelabel / fair trade label
2. In het Groene Boekje staat zowel stikker als sticker. Mag je dat woord inderdaad op twee manieren schrijven? Zie Sticker / stikker

Is het 'de label' of 'het label'?

Het is zowel 'de label' als 'het label'. Als je het aanwijst is het 'die label' of 'dat label'.

Wat is het meervoud van label?

Het meervoud van label is 'labels'. Eén label, twee labels.

Wat betekent label?

'kaartje of stukje textiel met informatie' en 'cd-merk'

Hoe spel je label?

label spel je L A B E L

Wat is een ander woord voor label?

Andere woorden voor label zijn adreskaartje, etiket, handelsmerk, merk, plakker, plakkertje, platenmerk en sticker.

Zoek label op Woordenlijst.org
Zoek label op Google
Zoek label op Wikipedia