kerkelijk

bijv.naamw.

Uitspraak:

[ˈkɛrkələk]

die of dat verband houdt met een kerk

Voorbeelden:

`kerkelijk huwelijk`, `een kerkelijk opbouwcentrum`

geestelijk   gelovig   godsdienstig   godvruchtig   kerks   kerksgezind   religieus   vroom   civiel (antoniem)   

• wat met de kerk te maken heeft vb: in dit boek vind je de kerkelijke geschiedenis een kerkelijk huwelijk [dat in de kerk gesloten wordt]
• 1) Belijdend 2) Klerikaal 3) Kerks 4) Kerksgezind 5) Confessioneel 6) Ecclesiastisch 7) Behorende tot een kerkgemeenschap 8) Geestelijk 9) Tot een kerk behorend 10) Religieus 11) Godsdienstig 12) Gelovig 13) Vroom 14) Godvruchtig
• m.b.t. tot de kerk of een kerk; bij een kerk horend

Toon uitgebreidere definities

• kerkelijkheid

• onkerkelijk• interkerkelijk• buitenkerkelijk

kerkelijk

Wat betekent kerkelijk?

'die of dat verband houdt met een kerk'

Hoe spel je kerkelijk?

kerkelijk spel je K E R K E L I J K

Wat is een ander woord voor kerkelijk?

Andere woorden voor kerkelijk zijn geestelijk, gelovig, godsdienstig, godvruchtig, kerks, kerksgezind, religieus en vroom.

Wat is het tegenovergestelde van kerkelijk?

Een antoniem van kerkelijk is civiel.

Zoek kerkelijk op Woordenlijst.org
Zoek kerkelijk op Google
Zoek kerkelijk op Wikipedia