karwij
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [kɑr'wɛi] |
| Afbreekpatroon: | kar·wij |
plant waarvan de zaden als specerij worden gebruikt | Voorbeeld: | `Veel mensen denken dat karwij hetzelfde is als komijn, maar nee hoor!` | |
| Synoniem: | kummel |
13 definities op Encyclo
- (Latijnse naam: Carum carvi) Zaden.Als aftreksel tegen spijsverteringsproblemen, winderigheid, darmkrampen en menstruatiepijnen. Op de zaden kauwen geeft een zoete adem.
- Latijnse naam: Carum carvi ook: Kummel Gebruik: stimuleert spijsvertering; bij winderigheid, maagkrampen, enz. Verzamelperiode: juni tot augustus. Te vinden: vooral op vochtige weiden, ook gekweekt. Gebruikte delen: raden.
- Latijnse naam: Carum carvi, Bloeimaand eerste bloei:5, Standplaats:zonnig, Schermbloemenfamilie
- Latijnse naam: Carum carvi. Schermbloemen.
- Latijnse naam: Carum carvii, Familie: Carvi
Toon uitgebreidere definitiesHerkomst volgens etymologiebank.nl
karwij (plant met aromatische zaden Carum carvi)Taaladvies
Schrijf je
karwij (= bepaalde plant) met
ei of
ij?
Zie karwij / karweiVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent karwij?
'plant waarvan de zaden als specerij worden gebruikt'
Hoe spel je karwij?
karwij spel je K A R W I J Op andere websites
Zoek
karwij op Woordenlijst.org
Zoek
karwij op Google
Zoek
karwij op Wikipedia