het jaargetijde

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈjarxətɛidə]
Afbreekpatroon:  jaar·ge·tij·de
Verbuigingen:  jaargetijden (meerv.)

elk van de periodes van drie maanden in een kalenderjaar: lente, zomer, herfst, winter
Voorbeeld:  `De winter is een koud jaargetijde.`
Synoniem:  seizoen


Synoniemen
herfst   seizoen   

8 definities op Encyclo
  • jaarlijkse mis voor afgestorvenen (VD) - Voorbeeld: De Maandag zet in met een plechtig jaargetijde in de kerk voor de overleden parochianen, waar alle inwoners weeral op hun tiekebest gekleed, aan houden te offeren te gaan
  • (ook: seizoen) Jaarlijks terugkerende periode waarin het weer bepaalde kenmerken vertoont. Een belangrijke oorzaak van het ontstaan van seizoenen is de draaiing van de aarde gecombineerd met de schuine stand van de aardas. De rotatieas van de aarde maakt een hoek van 66°33' ten opzichte van de zon. Deze stan...
  • •een deel van het jaar met unieke eigenschappen.
  • elk van de perioden waarin het jaar wordt verdeeld vb: in welk jaargetijde vallen de bladeren van de bomen? Synoniem: seizoen
  • 1) Saison 2) Jaarseizoen 3) Jaartij 4) Tijdaanduiding 5) Herfst 6) Winter 7) Deel van het jaar 8) Lente 9) Seizoen 10) Eenheid van tijd
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
jaargetijde

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de jaargetijde' of 'het jaargetijde'?
Het is 'het jaargetijde', want jaargetijde is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat jaargetijde'.
Wat is het meervoud van jaargetijde?
Het meervoud van jaargetijde is 'jaargetijden'. Eén jaargetijde, twee jaargetijden.
Wat betekent jaargetijde?
'elk van de periodes van drie maanden in een kalenderjaar: lente, zomer, herfst, winter'
Hoe spel je jaargetijde?
jaargetijde spel je J A A R G E T I J D E
Wat is een ander woord voor jaargetijde?
Andere woorden voor jaargetijde zijn herfst en seizoen.

Op andere websites
Zoek jaargetijde op Woordenlijst.org
Zoek jaargetijde op Google
Zoek jaargetijde op Wikipedia