inpassen

werkw.
Uitspraak:  [ˈɪmpɑsə(n)]
Afbreekpatroon:  in·pas·sen
Vervoegingen:  paste in (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft ingepast (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

zorgen dat iets past in een bestaand geheel
Voorbeeld:  `een nieuw vak inpassen in het onderwijsprogramma`
Synoniem:  invoegen


Synoniemen
erin passen   invoegen   passen in   zich thuisvoelen   

2 definities op Encyclo
  • tussen andere dingen of mensen plaatsen vb: we konden die clown nog inpassen in het programma
  • 1) Inschikken 2) Invoegen 3) Invoegen in een bestaand geheel 4) Kaderen in
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van inpassen?
De verleden tijd van inpassen is 'paste in'. Het voltooid deelwoord is 'heeft ingepast'.
Wat betekent inpassen?
'zorgen dat iets past in een bestaand geheel'
Hoe spel je inpassen?
inpassen spel je I N P A S S E N
Wat is een ander woord voor inpassen?
Andere woorden voor inpassen zijn erin passen, invoegen, passen in en zich thuisvoelen.

Op andere websites
Zoek inpassen op Woordenlijst.org
Zoek inpassen op Google
Zoek inpassen op Wikipedia