1) In elkaar 2) Compleet 3) Tegelijk 4) Gelijktijdig 5) Tegelijkertijd 6) Gelijk 7) Samengevoegd 8) Samengedrukt 9) Tevens 10) Voorvoegsel 11) In elkander 12) Tezamen 13) Volledig samengevoegd 14) Heel en al bij elkaar 15) Volledig bij elkaar 16) In stukken 17) In zijn geheel 18) Innig samen 19) Zonder onderb...
Ineen is bij elkaar; samengebald. [basiswoordenlijst groep 7]