de imker

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	['ɪmkər]
Afbreekpatroon:	im·ker
Verbuigingen:	imkers (meerv.)

iemand die bijen houdt om planten te bestuiven en om honing en bijenwas te krijgen

Voorbeeld:

`een imker met beschermende kleding bij zijn bijenkorven`

bijenhouder   imme houder   

• 1) Man die bijen kweekt 2) Insectenboer 3) Iemker 4) Beroep 5) Een bijvak 6) Iemand die bijen houdt 7) Bijenhouder 8) Agrarisch beroep
• bijenhouder
• bijenhouder Jaar van herkomst: 1886 (WNT )
• Een 'imker' (in Noord-Nederland ook 'bijker') is iemand die zich bezighoudt met de 'bijenteelt' (of apicultuur): de domesticatie en exploitatie van honingbijen of 'immen' ten behoeve van de bestuiving van planten of de winning van honing, propolis en bijenwas. Lang voordat bijen door mensen werden gehouden, w...
• Een imker houdt zich bezig met de domesticatie van bijen, ofwel het immen (ook wel bijenteelt of apicultuur genoemd). Bijen kunnen gehouden worden voor de bestuiving van planten of natuurlijk het winnen van honing en bijenwas. Ook worden dikwijls nevenproducten als honingpastilles en zeep geproduceerd. Van de...

Toon uitgebreidere definities

• imkeren• imkerij

imker (bijenhouder)

Is het 'de imker' of 'het imker'?

Het is 'de imker', want imker is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die imker'.

Wat is het meervoud van imker?

Het meervoud van imker is 'imkers'. Eén imker, twee imkers.

Wat betekent imker?

'iemand die bijen houdt om planten te bestuiven en om honing en bijenwas te krijgen'

Hoe spel je imker?

imker spel je I M K E R

Wat is een ander woord voor imker?

Andere woorden voor imker zijn bijenhouder en imme houder.

Zoek imker op Woordenlijst.org
Zoek imker op Google
Zoek imker op Wikipedia